Wist je dat er een chilipepersoort bestaat met een 3-kleurig blad?
Hoe Siernetels (Coleus) zaaien – stap voor stap gids
Siernetels zijn geliefd om hun prachtige, kleurrijke blad en zijn verrassend eenvoudig zelf te kweken. Met de juiste aanpak geniet je binnen enkele weken van sterke, gezonde plantjes.
1. Zaai op het licht – niet in de grond
De grootste fout bij het zaaien van siernetels is de zaadjes onder de aarde stoppen. Siernetels hebben namelijk licht nodig om te kiemen. Zaai ze daarom altijd bovenop de vochtige potgrond, zonder af te dekken.
2. De juiste omstandigheden
Licht: veel daglicht of kweeklampen (afstand ± 10 cm).
Temperatuur: ± 22 °C.
Vocht: grond continu licht vochtig houden, nooit laten uitdrogen.
Tip: gebruik een kleine pot, broeikas of plastic bekertje (met gaatjes in de bodem voor drainage).
3. Zaadjes hanteren
De zaadjes zijn minuscuul. Gebruik eventueel een vochtig wattenstaafje om ze uit het zakje te halen.
Sommige zaden zijn gepelleteerd (omhuld met klei) – zorg dat deze goed vochtig blijven zodat de klei oplost en het zaad kan ontkiemen. Zaai op enkele centimeters afstand voor makkelijke verplanting later.
4. Vocht vasthouden
Dek de pot af met plastic folie (met kleine gaatjes) of een doorzichtige deksel. Lucht dagelijks even en bevochtig zo nodig met een plantenspuit, bij voorkeur ’s ochtends en ’s avonds.
5. Kieming en groei
Na ± 14 dagen verschijnen de eerste groene kiemblaadjes. Daarna volgen de echte blaadjes en zie je het kleurpatroon van de plant.
Zijn de zaailingen lang en dun? Dan krijgen ze te weinig licht – zet ze lichter.
6. Verspenen (verplanten)
Wanneer de plantjes 4–6 blaadjes hebben:
Maak de grond goed nat.
Druk zachtjes in de pot en kantel hem om de wortelkluit los te maken.
Verdeel voorzichtig in kleinere kluiten en plaats elk plantje in een grotere pot (± 12 cm) met luchtige, goed gedraineerde potgrond (liefst in een kleipot met gaten en wat leca onderin).
7. Verzorging na het verplanten
Toppen: knijp de groeipunt uit voor een vollere plant.
Snoeien: verwijder bloemknoppen om de bladkleur langer te behouden.
Standplaats: halfschaduw, geen direct felle middagzon.
Vorstvrij: siernetels verdragen geen kou.
💡 Extra tip: Hoe vaker je de plant topt, hoe bossiger en kleurrijker hij wordt.
